0297 - 36 05 34 info@administratievankessel.nl

Eenmanszaken krijgen een nieuw BTW nummer

Alle eenmanszaken in Nederland krijgen voor 1 januari 2020 een nieuw btw-identificatienummer. Daarmee komt de Belastingdienst tegemoet aan de eis van de Autoriteit Persoonsgegevens (AP) om te komen met een alternatief voor het huidige nummer, dat het burgerservicenummer (BSN) bevat.

Identiteitsfraude voorkomen

Dit schrijft staatssecretaris Snel aan de Tweede Kamer. In het voorgestelde alternatief wordt aan alle eenmanszaken een nieuw btw-identificatienummer uitgereikt, dat zij bijvoorbeeld gebruiken voor vermelding op hun facturen en website. Hiermee wordt het risico rond identiteitsfraude verminderd en de privacy versterkt, stelt de Autoriteit.

BSN in btw-nummer onwenselijk

Snel is tevreden met het alternatief dat is gedacht. “Ik ben het eens met de AP dat het gebruik van het BSN in het btw-identificatienummer onwenselijk is. Het is daarom goed dat er een werkbare oplossing gepresenteerd is die de privacy van ondernemers beschermt en tegelijkertijd de heffing van de btw verzekert.

Administratie en praktijk aanpassen

Voor betrokkenen betekent dit dat zij eind 2019 een nieuw btw-nummer krijgen en hun eigen administratie en praktijk daar ook per 1 januari 2020 op moeten aanpassen. Ook leveranciers van administratieve software zullen moeten zorgen dat hun producten met het nieuwe nummer overweg kunnen.

Fiscus blijft oude nummer gebruiken

In de interne systemen van de Belastingdienst blijft het bestaande, op het BSN-gebaseerde nummer in gebruik. Dat is mogelijk, omdat het gaat om interne verwerking door de overheid, waar het BSN voor is bedoeld. Het nieuwe btw-identificatienummer is voor extern gebruik en wordt bij contacten met de systemen van de Belastingdienst automatisch vertaald naar het oude nummer. Hiermee kan de interne verwerking door de fiscus ongestoord verlopen.

https://www.nextens.nl/btw/eenmanszaken-krijgen-in-2020-een-nieuw-btw-nummer

Postbusadres op factuur voldoende voor aftrek van voorbelasting

Het EU-Hof van Justitie heeft de vragen beantwoord van het Duitse Bundesfinanzhof over de factuurvereisten voor de aftrek van voorbelasting. De Duitse rechter wilde weten of een factuur voldoet aan de eis van het “volledige adres” in de zin van artikel 226, onderdeel 5, van de BTW-richtlijn, wanneer de ondernemer die goederen heeft geleverd of diensten heeft verricht, op de door hem uitgereikte factuur een adres vermeldt waar hij weliswaar per post bereikbaar is, maar waar hij geen economische activiteit uitoefent. De vragen waren gesteld in zaak van autohandelaar RGEX GmbH die over 2008 een aftrek van voorbelasting claimde voor van EXTEL GmbH afgenomen motorvoertuigen. De Duitse Belastingdienst weigerde de aftrek, omdat het op de facturen van EXTEL genoemde adres slechts een postbusadres was waar EXTEL geen economische activiteiten verrichtte. De andere zaak betrof die van Igor Butin die ook in motorvoertuigen handelde. De Duitse Belastingdienst weigerde zijn BTW-aftrek met betrekking tot facturen van een leverancier die uitsluitend via internet handelde en op de facturen vermelde adres een brievenbusadres waar de leverancier alleen de post ophaalde. Het EU-Hof besliste dat de BTW-richtlijn zo moet worden uitgelegd dat die zich verzet tegen een nationale regeling die als voorwaarde voor de uitoefening van het recht op aftrek van voorbelasting stelt dat op de factuur het adres is vermeld van de plaats waar de opsteller van deze factuur zijn economische activiteit uitoefent.

Bron: Fiscaal up to date

Belasting op spaargeld omlaag

Spaarders kunnen volgend jaar enkele tientjes tot enkele honderden euro’s minder kwijt zijn aan belasting op hun spaartegoed. Behalve de verhoging van het belastingvrije deel van het spaargeld wordt ook meer gekeken naar de werkelijke rente op het vermogen. Dat bevestigen bronnen aan De Telegraaf.

Gemiddelde spaarrente

De fiscus zal bij de berekening van de heffing op het rendement uitgaan van een gemiddelde spaarrente van 0,35%. Nu is dat nog 1,63%. Rond het weekend zal staatssecretaris Menno Snel van Financiën aan de Tweede Kamer laten weten welke spaarrente hij als basis gaat gebruiken voor de vermogensbelasting.

Kabinetsplannen

De nieuwe manier van berekenen was al aangekondigd in het akkoord over het nieuwe kabinet-Rutte III. De Belastingdienst gaat meer rekening houden met de extreem lage rente die spaarders momenteel krijgen over hun vermogen. Tot nu toe werd naar de gemiddelde spaarrente van vijf jaar gekeken. Voortaan is dat nog maar een jaar, wat als eerlijker wordt beschouwd.

Minder belasting

Het kabinet kondigde eerder al aan het belastingvrije deel te verhogen van €25.225 naar €30.000. Door deze twee maatregelen zullen mensen met een spaarbedrag tussen de €25.000 en €100.000 enkele tientjes tot een paar honderd euro minder belasting betalen.

Afvoeren BTW-ondernemers

Belastingdienst gaat BTW-ondernemers afvoeren

De belastingdienst heeft kenbaar gemaakt dat zij ondernemers een brief sturen, waarin zij aangeven dat deze ondernemers afgevoerd worden als BTW-ondernemer. Daarmee vervalt ook de aangifteplicht voor de omzetbelasting. De reden hiervoor is dat deze ondernemers al minimaal 1 jaar nihilaangiften hebben ingediend. Als het niet de bedoeling is dat de ondernemer moet worden afgevoerd, dan moet voor 10 oktober worden gereageerd.

Restschuldregeling eigen woning eindigt definitief op 31 december 2017

De staatssecretaris van Financiën wil de restschuldregeling niet verlengen. Dat zei hij in antwoord op vragen van de Tweede Kamer. De restschuldregeling is als crisismaatregel ingevoerd met ingang van 29 oktober 2012 en loopt op 31 december 2017 af.
Vereniging Eigen Huis

Vereniging Eigen Huis had minister Dijsselbloem op 1 juni 2017 gevraagd om de restschuldregeling na 1 januari 2018 te behouden. Volgens de vereniging staan nog steeds 340.000 woningen onder water. Bij de verkoop van zo’n woning blijft de eigenaar zitten met een restschuld. Berekeningen van Calcasa onderbouwen deze stelling. Volgens het bedrijf wordt meer dan de helft van de woningen die tussen 2006 en 2009 zijn gekocht met verlies weer verkocht.

Crisismaatregel

De restschuldregeling is als crisismaatregel ingevoerd met ingang van 29 oktober 2012 en loopt op 31 december 2017 af. De maatregel had tot doel de doorstroming op de woningmarkt te bevorderen. Mensen met een zogenaamde onderwaterhypotheek (waarbij de waarde van de eigen woning lager is dan de op die woning rustende schuld) kunnen door de regeling toch verhuizen. De rente en kosten van de schuld die blijft bestaan na verkoop van de woning is tijdelijk aftrekbaar (maximaal 15 jaar).

Herstel van de woningmarkt

De doorstroming op de woningmarkt heeft zich inmiddels hersteld. Er is daarom geen reden meer om de restsschuldregeling na 31 december 2017 te laten voortbestaan, vindt de staatssecretaris.

Klik hier voor het originele artikel

Verwarrende brieven Belastingdienst over EKA’s

Onlangs heeft de Belastingdienst aan een groot aantal belastingplichtigen brieven verzonden met de mededeling dat hun fiscaal intermediair geen Elektronische Kopie Aanslag (EKA) meer zal ontvangen. Dit heeft tot enige onnodige verwarring geleid.
Elektronische Kopie Aanslag

De EKA is een voorloper van de Service Bericht Aanslagen, de SBA’s die de intermediair via Digipoort ontvangt. EKA’s ontving de intermediair destijds via BAPI met BAPI-certificaten.

Er gold toen dat als er drie jaar geen aanslag via de EKA was verstuurd, de EKA werd stopgezet en de belastingplichtige daarover via een brief werd geïnformeerd.

Omdat intermediairs in 2013 massaal overstapten naar SBA’s, zijn er inderdaad drie jaar geen EKA’s meer verzonden; iedereen krijgt nu een SBA.

Automatisch versturen

Het automatisch proces om brieven te versturen stond bij de Belastingdienst echter nog aan, wat voor verwarring zorgde. Dit proces is inmiddels stopgezet.

Vanaf 2018 geen EKA’s over BAPI-poort

In enkele gevallen kunnen over zeer oude jaren nog EKA’s aangeboden worden (vooral voor de jaren 2012 of eerder). Vanaf 2018 gaat de BAPI-poort echter definitief dicht voor EKA’s. Mochten er dan nog aanslagen over zeer oude jaren moeten worden opgelegd (waarvoor geen SBA’s beschikbaar zijn), dan gaat dat voortaan op papier.

Klik hier voor het originele artikel

Uitfasering pensioen in eigen beheer!

U hebt nog tot 1 juli 2017 voor de 1e stappen in verband met de uitfasering van het pensioen in eigen beheer (PEB).

Vóór 1 juli moeten de volgende stappen in ieder geval zijn genomen:

  • De dga en de bv moeten hebben afgesproken dat de huidige opbouw van het pensioen in eigen beheer per 1 juli 2017 stopt. Om de afspraak tussen de dga en de bv te bekrachtigen moet de algemene vergadering van aandeelhouders bij elkaar geroepen worden. De afspraak tussen de dga en de bv om de pensioenopbouw stop te zetten en het besluit van de algemene vergadering kunt u als addendum bij de pensioenbrief voegen.
  • Als een dga een elders verzekerd pensioen heeft en dit wil terughalen naar eigen beheer, moet het verzoek tot overdracht uiterlijk op 30 juni 2017 door de verzekeraar zijn ontvangen. De verzekeraar heeft daarna de gebruikelijke termijn om het verzoek af te handelen.
Afkopen of omzetten in een oudedagsverplichting hoeft niet voor 1 juli 2017

De dga hoeft niet voor 1 juli 2017 te beslissen of hij het pensioen in eigen beheer wil afkopen of omzetten in een oudedagsverplichting. Daarvoor heeft hij nog tot en met 31 december 2019 – in overleg met zijn adviseur – de tijd.

Klik hier voor het originele artikel

Arbowet en Arbobesluit gaan in op 1 juli 2017

Maandag 19 juni 2017 is de officiële bekendmaking van de vernieuwde Arbowet en het gewijzigde Arbeidsomstandighedenbesluit gepubliceerd. Dat betekent dat de geplande ingangsdatum van 1 juli 2017 gewoon doorgaat.

Na twee keer te zijn uitgesteld, is nu toch de ingangsdatum van de vernieuwde Arbeidsomstandighedenwet bekendgemaakt. Volgens de officiële bekendmaking in het Staatsblad, gaat zowel de vernieuwde Arbowet als het gewijzigde Arbobesluit in op 1 juli 2017. Door de wijzigingen moet de betrokkenheid van werkgevers en werknemers bij de arbodienstverlening verbeterd worden en preventie meer centraal staan in het arbobeleid.

Nieuwe arboverplichtingen per 1 juli 2017

Door de gewijzigde Arbowet krijgen organisaties met ingang van 1 juli met een aantal nieuwe verplichtingen te maken. Dat zijn onder meer:

Vrije keuze bedrijfsarts second opinion

In het gewijzigde Arbobesluit staan de regels voor gebruikmaking van de second opinion en voor de klachtenregeling van de bedrijfsarts. Werknemers hebben vrije keuze voor de tweede bedrijfsarts die de second opinion uitvoert, voor zover deze is opgenomen in het contract met de arbodienst waarmee de werkgever samenwerkt. Dat is meteen het grote kritiekpunt van onder meer vakbond FNV, die meent dat hierdoor geen sprake is van vrije keuze. Werknemers kunnen wel via de OR, die instemmingsrecht heeft op het contract met de arbodienst, invloed uitoefenen.

Klik hier voor het originele artikel

Handhaving wet DBA verder uitgesteld tot 1 juli 2018

De handhaving van de wet DBA is verder uitgesteld. Opdrachtgevers en zzp’ers krijgen tot 1 juli 2018 geen naheffingen en boetes.

Huurt een opdrachtgever een zzp’er in? En constateren wij achteraf dat er sprake is van een dienstbetrekking? Dan krijgen zij tot in ieder geval 1 juli 2018 geen naheffingen en boetes, tenzij zij kwaadwillend zijn. Wie wij als kwaadwillend zien, leest u bij leest u bij Bang voor boetes of naheffingen? Niet nodig.

Arbeidswetgeving onder de loep genomen

De handhaving van de wet DBA is eerder al uitgesteld tot 1 januari 2018. Op die manier heeft het kabinet de tijd om te onderzoeken hoe het arbeidsrecht aangepast kan worden om beter aan te sluiten bij de praktijk.

Op 22 mei heeft demissionair minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Asscher de resultaten van het onderzoek aangeboden aan informateur Schippers: het rapport ‘Onderzoek varianten kwalificatie arbeidsrelatie’. De onderhandelaars kunnen dit onderzoek gebruiken bij de besprekingen over de kabinetsformatie. Ook de Tweede Kamer heeft dit rapport gekregen.

Nieuwe kabinet beslist

In het onderzoeksrapport staan een aantal voorstellen voor de verdere uitwerking van de wet DBA. Het is aan het nieuwe kabinet om daar keuzes in te maken. In ieder geval moeten opdrachtgevers en opdrachtnemers voldoende tijd krijgen om hun werkwijze zo nodig aan te passen. Daarom heeft demissionair staatssecretaris van Financiën Wiebes besloten de handhaving van de wet DBA opnieuw uit te stellen.

Meer informatie over de wet DBA?

Wilt u weten hoe de wet werkt? Kijk dan op belastingdienst.nl/dba.

Klik hier voor het originele artikel